Renate in Oeganda

Een jaar in Afrika!

            
Afgelopen week was ik precies in jaar in Oeganda. Dit heb ik gevierd met een paar wijntjes met uitzicht over de Bujagali falls net buiten Jinja. Een ontzettend gezellige avond, maar wel met een heel raar gevoel. Aan de ene kant is het afgelopen jaar omgevlogen. Aan de andere kant is er zoveel gebeurd en heb ik zoveel gedaan dat Nederland wel heel erg ver lijkt.

               

Want het was me een jaar. Ik heb veel bezoek gehad, heel veel van het mooie en groene Oeganda gezien, ben naar Kenia en Tanzania geweest, verschillende keren (eigenlijk asociaal veel) op safari geweest, heb een uur met een groep gorilla’s doorgebracht, het WK ‘gevierd’, ben veel op stap geweest (zelfs met Oegandese beroemdheden) en hebheel veel nieuwe, geweldige mensen ontmoet. Kortom: te veel om op te noemen.

 

Buiten dit alles heb ik vooral kennis gemaakt met een – voor mij – nieuw land en een nieuwe cultuur. Oeganda is in bijna alle opzichten anders dan Nederland. Het grootste en meest opvallende verschil is de manier van leven. Het leven hier is nog erg primitief. Ruim 80% van de Oegandese bevolking woont in zelfgebouwde hutjes, verbouwt het eigen eten en moet lopen naar de waterpomp. Er wordt nog gekookt op vuur en het liefst alleen echt Oegandees eten en drinken zoals matooke, malua, posho en beans (en waag het eens te zeggen dat je dat niet zo lekker vindt…).

 

Oeganda is nog steeds land met heel veel armoede, corruptie en ongelijkheid. Bijna 40% van de Oegandezen leeft onder de armoedegrens (het inkomen dat iemand nodig heeft om te kunnen voorzien in de basisbehoeften). Het geld dat er is, is verdeeld over een kleine groep mensen. Het land is heel vruchtbaar en in principe is er genoeg eten (hoewel we nu door een ontzettende droge periode gaan die waarschijnlijk nog wel even aanhoudt, en die in verschillende villages al voor problemen begint te zorgen). Maar het eten is heel eenzijdig (groenten worden bijvoorbeeld voornamelijk gebruikt om eten op smaak te brengen) waardoor ondervoeding alsnog een probleem is. De medische zorg is slecht en in de villages vaak niet in de directe omgeving aanwezig.  In Oeganda ligt de gemiddelde leeftijdsverwachting dan ook maar rond de 40 jaar tegenover bijna 80 jaar in Nederland.

 

Kortom, een totaal ander land dan Nederland. En ook nog eens een land waarin je als blanke altijd anders blijft. Opgroeien met westerse normen en waarden en westerse rijkdom is zo verschillend van de manier waarop de mensen hier opgroeien. De mentaliteit van de Oegandezen is totaal verschillend van de onze. Ik loop na een jaar nog steeds tegen de meest vreemde situaties aan en de mensen hier blijven me (soms negatief, maar soms ook absoluut positief) verrassen. Dit is eigenlijk niet uit te leggen, om dit te ervaren moet je echt zelf een keer naar een Afrikaans land gaan (en dan ook met en tussen de mensen leven).

 

Het is wel logisch; ik weet helemaal niet hoe het is om echt armoede te kennen en mensen hier zijn erg gehard door het leven. Ik ken bijvoorbeeld niemand hier die niet iemand in de directe familie (vader, moeder, broer of zus) heeft verloren. Daar wordt heel luchtig over gedaan. Afgelopen weekend is bijvoorbeeld de 27-jarige broer van een vriend ‘van het huis’ heel plotseling overleden. Vreselijk natuurlijk, maar in Oeganda is de norm: we rouwen op de begrafenis met zijn allen, maar daarna is het afgelopen. Het hoort bij het leven en ‘life goes on’.

 

Inmiddels het ik er dus een jaar opzitten in Oeganda. De planning was in eerste instantie acht maanden, maar ik kan het land nog steeds niet loslaten. Heel graag wil ik dit land blijven helpen en dan vooral kinderen met een beperking. Ik ben er nog steeds van overtuigd dat mensen met een beperking hier één van de kwetsbaarste groepen vormen. Ik denk dat we met onze nieuwe stichting ‘Bulungi’ en goede manier hebben gevonden om te beginnen. Nu ben ik vooral alles op poten aan het zetten. Voor mijn gevoel zit mijn werk hier er nog lang niet op, maar aan de andere kant: zal het er ooit echt opzitten? Er is zoveel te doen hier en er zijn zo ontzettend veel kinderen met een beperking in dit land die hulp nodig hebben.

 

Ik leef hier van mijn spaargeld en dat begint toch aardig op te raken. Binnenkort ga ik hier dus toch echt alles afronden en een ticket naar Nederland boeken. Ik zie er tegenop om terug te gaan naar Nederland. Begrijp me niet verkeerd, ik zie er enorm naar uit om al mijn vrienden en familie in Nederland weer te zien. Die begin ik allemaal – en eentje in het bijzonder – wel ontzettend te missen.

 

Toch lijkt afscheid nemen van mijn leven hier en teruggaan naar Nederland bijna lastiger dan een jaar geleden afscheid nemen van alles en iedereen in Nederland. Ten eerste natuurlijk omdat ik hier inmiddels ook ontzettend veel leuke en lieve mensen heb leren kennen, maar misschien nog wel meer zie ik er tegenop om weer een ‘onderdeel’ te worden van het westerse Nederland. Dit jaar Afrika heeft me veranderd. Hoewel ik het zelf niet altijd zo door heb merk ik het vooral aan reacties van anderen.

 

De reacties op de foto’s van ons Bulungi jongetje Fahad zijn misschien een mooi voorbeeld. Mensen in Nederland zijn hier enorm van geschrokken. Natuurlijk vind ik het ook heel erg en ben ik ontzettend blij dat dit mannetje inmiddels een paar weken bij ons in huis woont en met sprongen vooruit gaat (hij eet met plezier boterhammen en begint in een onverstaanbaar taaltje al hele verhalen tegen ons op te hangen), maar aan de andere kant ben ik inmiddels al zoveel kinderen tegen gekomen in uitzichtloze situaties dat ik er niet meer zo snel van schrik.

 

Hetzelfde geldt voor de straatkinderen in Jinja. Toen ik hier net was had ik er ontzettend veel moeite een biertje te drinken op Mainstreet terwijl verderop straatkinderen lagen te slapen. Nu weet ik niet beter, ken ik de meeste van hen en als ik weer naar huis wil helpen ze me vrolijk mee de gezelligste boda uit te zoeken.

 

Nog even en dan moet ik echt afscheid nemen van een bijzondere periode in mijn leven. Nu eerst nog even zorgen dat Bulungi hier tijdlang zonder mijn fysieke hulp kan…

Klik hier voor meer foto’s

Schrijf reactie

« Previous post
Next post »

6 ResponsesLeave one →

  1. Wendy Romkes

     /  March 23, 2011

    Wauw wat kan je mooi schrijven… elke keer als ik hyves tegenkom dan word ik weer gevangen in jouw nieuwe belevenissen. Heel erg mooi dat je dit werk kan doen! Groetjes van Wendy

  2. Ik lees het met een smile, ik herken dit zoooooooo enorm. Thumbs up!

  3. Frans en Ineke

     /  March 17, 2011

    Renate,

    Wij hebben weer genoten van al je mooie verhalen en fotos. Wij leven met je mee en kunnen ons
    goed voorstellen dat het moeilijk is om alles daar achter te laten.
    Wij wensen je veel succes met al die laatste dingen die je nog wilt regelen.
    Het zal is wel lukken !!!

    Groetjes Frans en Ineke.

  4. marja broekhuis

     /  March 16, 2011

    Hoi Renate,

    Het zal zeker erg moeilijk zijn om iedereen daar achter te laten. Maar live goes on!
    Heel veel sterkte met het bepalen van je ticketdatum! en afscheid nemen van alle mensen die je dierbaar zijn geworden.Mooie foto’s weer.

    groetjes Marja

  5. Marleen

     /  March 16, 2011

    Kus van kuku!! (ps: u’ve got mail mi sister!)

  6. Daphne

     /  March 13, 2011

    Renate
    Met tranen in mijn ogen, kippenvel over me heen heb ik genoten van je mooie verhaal.
    Om alles achter te laten zal zeker niet makkelijk zijn. Maar wat mag jij TROTS op jezelf meid!
    Een jaar geleden leerde ik je kennen snel en vluchtig bij The Source en nu zit je er al zo lang en zal eenieder jou zo dankbaar zijn voor alles wat jij in Uganda hebt gedaan!

    Xx
    Daphne